zaterdag 10 februari 2018

Franse Appeltaart




2017 was een goed appeljaar, peren niet veel maar appels wel. We bewaren ze in de kelder en een deel in een koelkast. De appels in de koelkast blijven nog langer goed dan die in de kelder, het is net iets kouder. We stapelen deze koelkast dus helemaal vol.
De meeste appels eten we zo en uiteraard wordt er ook wel eens wat mee gebakken. Appelmoes eten we nooit, dat zou ook een mooie bestemming zijn.
Voor deze Franse appeltaart is een soort appelmoes nodig dus had ik toch een rede om appelmoes te maken. Ik heb meer gemaakt en deze potten geweckt, als ik dan deze appeltaart wil maken is de moes al klaar.
Het deeg kun je ook prima invriezen, dus als je dat ook op voorraad hebt is het bakken een fluitje van een cent.

Het recept komt uit het boek Mary Berry’s bakbijbel

Ingrediënten:

Voor het deeg:
175 g tarwebloem
75 g koude boter, in blokjes
1 grote eidooier of 1 klein ei

Voor de vulling:

600 g moesappels, schoon gewicht, in stukken
50 g boter
2 el water
4 el abrikozenjam
50 g fijne suiker
rasp van een halve citroen
225 g handappels
1-2 el citroensap
1 el fijne suiker, om te bestrooien

Om te glaceren:

4 el abrikozenjam

Vorm met geribbelde rand ø 20 cm (liefst met losse bodem), ingevet

Bereidingswijze:

Doe alle ingrediënten in een magimix en kneed kort, net tot het een deeg vormt. Voeg zo nodig wat water toe als het deeg te droog blijft.
Dit kan uiteraard ook met de hand, kneed het vlug door elkaar tot het een mooi deeg is.
Verpak het deeg plasticfolie en leg het minimaal een half uur in de koelkast.

Maak de vulling:
Smelt de boter in een flinke pan en voeg de stukken appel en het water toe.
Dek de pan af en laat het 10-15 minuten zachtjes sudderen tot de appel zacht en papperig zijn. Pureer de appels, voeg de abrikozenjam, suiker en citroenrasp toe.
Verhoog het vuur en laat het overtollige vocht verdampen (blijven roeren) tot het een mooie dikke pap is.

Verwarm de oven voor op 200 °C.
Rol het deeg op een met bloem bestoven werkblad dun uit en bekleed hiermee de vorm. Leg op het deeg een stuk bakpapier met daarop een steunvulling. Bak de bodem 10-15 minuten. Verwijder de vulling en het papier en bak de bodem nog eens 5 minuten. Zet de bodem op een rooster.

Verdeel de appelmoes over de bodem en strijk het glad.
Schil de handappels, verwijder het klokhuis en snij de appels in kwarten en dan in dunne plakjes. Leg de appelpartjes in een cirkel op de appelmoes, bestrijk ze met citroensap en bestrooi met de suiker.
Zet de taart weer in de oven en bak deze nog 25 minuten tot het deeg gaar is en de appels licht kleuren.

Verwarm de abrikozenjam in een klein pannetje tot deze vloeibaar is en bestrijk hier de appels mee.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten